Uitgevonden
Vaccineren
“Voorkomen is beter dan genezen.” Dat is helemaal van toepassing op de uitvinding van het vaccineren. Dankzij inentingen blijven we ziekten zoals pokken, polio en mazelen de baas. Wereldwijd hopen we inmiddels op een snelle ontwikkeling van een vaccin tegen coronavirus SARS-CoV-2.
Pokken
Rond de vijftiende eeuw hadden de Chinezen door dat wie de pokken overleefde, deze ernstige infectieziekte meestal geen tweede keer meer kreeg. Om te voorkomen dat hun kinderen de pokken zouden krijgen, begonnen ze te experimenteren: korsten van besmette personen werden toegediend bij de kinderen. Dit zorgde ervoor dat de kinderen een milder ziektebeeld lieten zien.
Vaccin ‘van de koe’
De Britse arts Edward Jenner benutte de wijsheid van de Chinezen in Europa. In 1796 behandelde hij een melkmeisje met zweren op haar handen, veroorzaakt door de koepokken. Jenner begon een experiment door het 8-jarige zoontje van zijn tuinman te infecteren met wondvocht van het melkmeisje. En wat bleek? Het jongetje kreeg een lichte variant van koepokken, waar hij goed van herstelde. Toen hij twee maanden later het experiment herhaalde maar nu met de voor mensen gevaarlijke pokken, bleef het jongetje kerngezond. Jenners conclusie was dat de jongen nu volledig beschermd was tegen de pokken. Het woord ‘vaccin’ danken we aan het Latijnse vaccinus, dat ‘van de koe’ betekent.
Figuur 1
Figuur 2
Toevallig cholera-vaccin
De beroemde Franse medicus Louis Pasteur ontdekte in de negentiende eeuw dat een levend ‘micro-organisme’ wel eens de oorzaak van veel ziekten zou kunnen zijn. Hij experimenteerde met een bacterie die dodelijke cholera bij pluimvee veroorzaakte. Wanneer dezelfde kippen enige tijd later geïnjecteerd werden met een verse cultuur van de bacterie bleven de dieren tot Pasteurs grote verbazing gezond.
Louis Pasteur
Polio-epidemie eiste veel slachtoffers
In Amerika eiste een hevige polio-epidemie halverwege de 20ste eeuw ruim 57.000 slachtoffers. Vermoedelijk heeft president Franklin D. Roosevelt de ziekte gehad. De Amerikaanse medicus Jonas Salk produceerde in 1955 met succes een vaccin tegen polio.
Franklin D. Roosevelt
Yousuf Karsh Jonas Salk
Ongekroonde vaccin-koning
Enkele jaren later volgden andere belangrijke uitvindingen. De Amerikaanse arts Maurice Hilleman ontwikkelde in totaal maar liefst veertig vaccins. Dat maakt hem de ongekroonde koning van de vaccins. Hij ontwikkelde onder meer een vaccin dat de uitbraak van de Aziatische griep in 1957 in de Verenigde Staten afremde. In 1963 volgde een vaccin tegen bof, in 1968 eentje tegen mazelen en in 1969 eentje tegen rodehond. Hij combineerde ze in 1971 tot één vaccin (BMR), waarmee wereldwijd miljoenen levens werden gered.
Maurice Hilleman
Kostbare zaak
Voor het poliovaccin had Salk geen patent. Zoiets is nu bijna ondenkbaar. De kosten voor het ontwikkelen van een vaccin zijn over de afgelopen twintig jaar vertienvoudigd: het gaat om investeringen van miljoenen tot enkele miljarden euro’s. Medicijnen verschijnen daarom vrijwel niet op de markt zonder bescherming van ten minste één octrooi. Het is dan ook niet verbazingwekkend dat er continue activiteit is rond het octrooieren van nieuwe vaccins, ook voor wat betreft coronavirussen. Dit wordt inzichtelijk gemaakt met een zogenoemd octrooilandschap. In Figuur 1 is de octrooieringsactiviteit op deelgebieden middels een hoogtekaart weergegeven. Zo valt te zien dat er in de afgelopen jaren fors geïnvesteerd is in octrooiering van SARS-gerelateerde vaccins. De tijdlijn van Figuur 2 laat duidelijk de piek aan gepubliceerde octrooiaanvragen zien na de SARS-uitbraak van 2002.
Delen